HOV-viaduct frustreert Uithoflijn

In Nieuws door HB3 Reacties

AchterkantParkPlaza
Het houdt niet op. De bouw van het HOV-viaduct bij de Van Sijpesteijnkade mag voorlopig niet starten, aldus een (tussen)uitspraak van de Raad van State van 13 juni. Op zijn vroegst 15 oktober wordt bekend of er een onherroepelijk bestemmingsplan is voor de bouw van dit kunstwerk. Start bouw op 1 oktober is dus zeker niet mogelijk. Het college heeft een brief uitgestuurd waarin uit de doeken wordt gedaan welke opties er nu zijn. De gemeente gaat uit van een vertraging tot wel een jaar in verband met een complexe afstemming met andere bouwprojecten. Wat er gebeurt als de RvS het bestemmingsplan vernietigt wordt niet genoemd. De financiële consequenties zijn ook nog niet bekend. Het blijkt dat het zelfs mogelijk is dat openstelling van de Uithoflijn in 2018 niet haalbaar is. Oef. Als ik Everhardt en Geldof was, ging ik nu meteen biefstukken snijden met de directie van  ParkPlaza en bood ik ze een fraaie optie om aan het Jaarbeursplein het hotel te continueren. Als je dan toch tegen een paar miljoen planschade aankijkt, kun je dat geld beter nuttig inzetten als verhuispremie. Zie de brief in de doorlees en het tussenvonnis van de Bestuursrechter.

[integrale quote uit de brief:]

In vervolg op de commissiebrief van 25 maart 2014 en de mail van 27 mei 2014 met daarbij het verweerschrift, berichten wij u zoals ook toegezegd aan de raadscommissie Stad en Ruimte, dat de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 13 juni uitspraak heeft gedaan over het verzoek tot opheffing van de schorsing. De voorzitter heeft het gemeentelijke verzoek afgewezen. Wij kunnen u daarover het volgende mededelen.

1. De betekenis en gevolgen van de uitspraak
Het verzoek tot opheffing van de schorsing is ingediend, omdat de Raad van State het verzoek tot versnelde behandeling van de beroepen (vanwege de verhinderdata van appellanten en de zittingscapaciteit van de Raad van State) niet heeft ingewilligd. De behandeling van de beroepen zal daardoor op een zitting van 3 september 2014 plaatsvinden. Dit betekent dat de uitspraak in de hoofdzaak niet eerder dan op 15 oktober 2014 kan worden verwacht en dus het bestemmingsplan Westflank noord op 1 oktober nog niet onherroepelijk is (zie verder onder 3).

De Voorzitter heeft zich opnieuw beperkt tot een afweging van de belangen van partijen en is dus nog niet inhoudelijk ingegaan op de beroepsgronden van Park Plaza Hotel. De Voorzitter is van mening dat het belang van Park Plaza Hotel bij voorkoming van onomkeerbare gevolgen zwaarder weegt dan het gemeentelijke belang om nu duidelijkheid te krijgen over de mogelijke start van de werkzaamheden op 1 oktober 2014. Volgens de uitspraak kan deze duidelijkheid alsnog vóór 1 oktober 2014 (naar verwachting omstreeks 17 september 2014) worden gegeven, wanneer de gemeente vóór de zitting van 3 september 2014 een nieuw verzoek tot opheffing van de schorsing indient. Op dat moment heeft de Raad van State zich ook inhoudelijk verdiept in de beroepsgronden van Park Plaza Hotel. Een dergelijk nieuw verzoek zal tijdig worden ingediend.Een uitspraak van een Voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure. In dit geval heeft de Voorzitter geen aanleiding gezien de rechtmatigheid van de bestreden besluiten te beoordelen, omdat hij hiervoor een nader onderzoek nodig acht. Dit betekent dat uit deze uitspraak niets kan worden afgeleid over de kans van slagen van het door Park Plaza Hotel ingediende beroep.

Bij antwoord datum, kenmerk en onderwerp vermelden

Burgemeester en Wethouders

Datum 17 juni 2014
Ons kenmerk 14.042614

  1. Gevolgen voor de conditionerende werkzaamheden
    Bij brief van 25 maart 2014 hebben wij u gemeld – in afwachting van de uitspraak van de Raad van State met een aantal conditionerende werkzaamheden door te gaan (doortrekken deel Leidsche Rijn en het verbeteren doorgaande fietsroute Van Sijpesteijnkade).
    De huidige uitspraak van de Raad van State brengt hier geen verandering in.
  2. Start bouw HOV viaduct West
    Zoals in onze brief van 25 maart is aangegeven, zijn wij uitgegaan van start bouw HOV viaduct op 1 oktober as (en oplevering per 1 december 2015).
    Er komt een uitspraak eventueel op 17 september 2014 over de opheffing van een nieuw schorsingsverzoek waardoor met de andere werkzaamheden kan worden begonnen. Wij kunnen over de gevolgen van deze uitspraak en de definitieve uitspraak over het beroep in de bodemprocedure (die in ieder geval niet vóór 15 oktober 2014 plaatsvindt), het navolgende melden.De gunning van de HOV baan west is – onder voorwaarde van een onherroepelijk bestemmingsplan – gepland op 21 juli 2014. Voor de aanbesteding gelden de EMVI criteria (economisch meest voordelige inschrijving). Deze regelen naast de prijs, o.a. de wijze waarop de te selecteren aannemer omgaat met het inlopen van de optredende vertraging als gevolg van latere opdrachtverstrekking.

    Op basis van de aanbieding van de geselecteerde aannemer wordt duidelijk wat de precieze gevolgen voor de planning zijn.
    In afwijking van de genoemde randvoorwaarde van een onherroepelijk bestemmingsplan Westflank Noord, staat het de gemeente Utrecht vrij om vooruitlopend op de uitspraak van de Raad van State in de bodemprocedure opdracht te verstrekken aan de geselecteerde aannemer. Echter de risico’s die hiermee samenhangen dienen in een breder perspectief te worden afgewogen.

  3. Afweging gevolgen in breder perspectief
    Deze afweging wordt niet alleen bepaald door de ontwikkelingen als gevolg van de uitspraak van de Raad van State maar ook door andere ontwikkelingen binnen en buiten het Stationsgebied.
    Binnen het stationsgebied betreft dit naast het tijdig gereedkomen van de HOV-baan aan de westzijde, het tijdig in gebruik kunnen nemen van het definitieve busstation West, de realisatie van de Rabobrug en de werkzaamheden ten behoeve van de Uithoflijn op en nabij het Stationsplein Oost.
    Buiten het Stationsgebied betreft het de specifieke problematiek van de Uithoflijn zoals het tijdig beschikbaar zijn van materieel en de trambaan, met name in de Uithof.
    Thans worden er verschillende scenario’s beschouwd uitgaande van 3 maanden, 6 maanden of een jaar vertraging. In overleg met de Project Organisatie Uithoflijn (POUHL), het Bestuur Regio Utrecht (BRU) en ProRail wordt bezien of de ingebruikname van de Uithoflijn per 1 januari 2018 nog realistisch is met het oog op publieke procedures, uitvoeringsplanning en risicobeheersing van deze projecten.
    Ook zullen wij deze afweging moeten afstemmen met de andere private ontwikkelingen in het Stationsgebied. Het gaat hier om een complexe uitvoeringsplanning problematiek.Wij verwachten u zodra dat kan (na zomerreces) daarover nader te kunnen informeren, inclusief de financiële gevolgen.

 

Reacties

  1. Remco

    Ben wel benieuwd of de fietstunnel nog langer open blijft. De Leidscherijn wordt momenteel immers ook gedempt onder het mom van de voorbereidende werkzaamheden.

  2. Marko

    Ik zou zorgen dat de hovbaan onder de leidsche rijn zou komen. Zoals Parkplaza ook wil.

Reageer