Bouw inrit zuid

In Nieuws door HB1 Reactie

In de doorlees de laatste editie van de BAM-nieuwsbrief met achtergronden over de fasering van de bouw van de zuid-inrit van de nieuwe HC-parkeerkelder.

[integrale quote:]

INRIT ZUID

Voor de toegang naar de nieuwe parkeergarage die wordt gebouwd naast het Vredenburgplein, worden twee inritten gerealiseerd: inrit Noord en inrit Zuid. De zuidelijke inrit (Catharijnesingel ter hoogte van het Moreelsepark) bestaat uit vijf constructieve delen (ook wel “moten” genoemd) en wordt in twee fases gebouwd:

– fase 1:    juli 2013 – juli 2014         moot 1 t/m 4
– fase 2:    april – december 2017     moot 5.

Realisatie moot 5

Moot 5 is de uiteindelijke aansluiting op de parkeergarage. Deze aansluiting bevindt zich (gedeeltelijk) onder de nieuwbouw van Hoog Catharijne en wordt in een later stadium, gelijk aan de bovenbouw, gerealiseerd.

Overzicht van de werkzaamheden van BAM NHC in het stationsgebied. IN = Inrit Noord/ IZ = Inrit Zuid

Ter voorbereiding op de realisatie van de bouwkuipen voor moot 1 t/m 4 is een deel van de oude wanden van de Catharijnebak gesloopt en afgevoerd.

Bouwkuip moot 1 t/m 4
Om een waterdichte bouwkuip te realiseren, zijn damwanden aangebracht, fundatiepalen (zelfborende ankers) geplaatst en is bodeminjectie uitgevoerd (waterafsluitende laag).

 

Schematische weergave techniek
1. plaatsen damwand
2. plaatsen fundatiepalen/ankers
3. bodeminjectie
4. ontgraven bouwkuip
 

 

Aanbrengen damwanden
In juli ’13 is begonnen met het plaatsen van damwanden. Er is voor gekozen de damwanden met behulp van een damwandstelling “drukkend” op diepte te brengen om zo min mogelijk overlast te veroorzaken. Een aantal damwanden die met deze methode niet geplaatst konden worden, zijn door middel van hoogfrequent trillen op de juiste diepte gebracht.
De laatste damwanden aan oostzijde van de inrit zijn medio september gerealiseerd.

De damwanden aan de westzijde van de zuidelijke inrit zijn in een eerder stadium aangebracht.
Dit hebben we gecombineerd met de aanleg van het nieuwe diepriool dat naast de zuidelijke inrit ligt.

Fundatiepalen
Als fundatie van de zuidelijke inrit zijn zelfborende ankers toegepast. Met behulp van een boorstelling zijn ankers onder begeleiding van grout (water/cement mengsel) naar beneden geboord. Door het verharden van het grout ontstaat het zogenaamde ankerlichaam, wat de ankers de gewenste draagkracht geeft. Bovendien zorgen deze ankers er voor dat de “kelder” niet gaat opdrijven.

Bodeminjectie
Na het aanbrengen van de boorankers zijn injectieslangen aangebracht ten behoeve van de bodeminjectie.
Voor de bodeminjectie is gebruik gemaakt van een gel met een tijdelijke functie, die door de aangebrachte injectieslangen op de juiste diepte wordt gepompt. Deze injectie heeft geen drukvastheid maar is waterremmend. De dikte van de gellaag is ongeveer 1m.
De bodeminjectie laag fungeert als waterremmende laag die zorgt voor de horizontale bouwputafsluiting. Door deze remmende laag in combinatie met de damwanden ontstaat een waterdichte constructie.

Ontgraven bouwkuip
Voorafgaand aan de graafwerkzaamheden is onderzoek gedaan naar de grondgesteldheid is en de aanwezigheid van vervuiling. Er werd geen vervuiling aangetroffen waardoor aanvullende werkzaamheden niet nodig waren.
Nadat de bodeminjectie was uitgehard is de bouwkuip ontgraven naar de ontworpen diepte. Dankzij de bodeminjectie kon de bouwkuip droog worden ontgraven.

Realisatie constructie moot 1 t/m 4

Voor de moten 2 t/m 4 worden vloeren, wanden en dekken gestort om een tunnelmoot te maken.
Moot 1 is niet voorzien van een dek, hier wordt een zogenaamde u-bak gerealiseerd (deze is dus open aan de bovenzijde om er in te kunnen rijden).

Vloeren 
Gestart is bij moot 4, daarna worden de vloeren van moot 3-2-1 gerealiseerd. Elke vloer wordt als volgt opgebouwd:
– aanbrengen werkvloer: dit is een betonnen vloer van ca. 80mm dik die wordt gebruikt om de bekisting en de wapening
netjes op te stellen;
– stellen bekisting: op de juiste maat stellen van de bekisting;
– aanbrengen van de wapening binnen deze bekisting;
– aanbrengen van de in te storten onderdelen: goten voor de  hemelwaterafvoer (HWA), wegdekverwarming en
elektra voorzieningen);
– storten beton: met behulp van een betonpomp wordt beton in de bekisting gegoten;
– afwerken op hoogte van het beton. Zodra het beton begint uit te harden wordt de toplaag van het beton met
zogenaamde “vlindermachines” vlak en strak afgewerkt.

Wanden
Na de vloeren worden de wanden gerealiseerd.
Eerst wordt de bekisting gesteld waartegen de wapening wordt aangebracht. Na het aanbrengen van de wapening worden ook hier de in te storten onderdelen aangebracht. Hierna word de bekisting “gesloten” en wordt deze volgegoten met beton.

Tijdens het verharden van het beton wordt met behulp van een rijpheidscomputer de sterkte van het beton gemonitord.
Wanneer het beton voldoende is uitgehard kan de wand worden ontkist.

Dekken
Na het storten van de wanden wordt ten behoeve van het dek de ondersteuningsconstructie onder het dek aangebracht. Deze ondersteuningsconstructie bestaat uit een stalen steiger waarop de betonplexplaten worden uitgelegd. Na het aanbrengen van de bekisting wordt de wapening aangebracht en de in te storten onderdelen. Hierna wordt het beton gestort.

Wanneer de ruwbouwconstructie van moot 1 t/m 4 gereed is wordt het aangevuld met grond en worden de damwanden getrokken en wordt de Catharijnebaan omgelegd naar westelijke richting.

Reacties

Reageer