Veel gastransporten

In Nieuws door HBReageer op dit artikel

Uit de beantwoording van de schriftelijke vragen van het inmiddels niet meer bestaande Trots, zien we dat er in 2010 een sterke stijging is geweest van het transport van brandbare gassen via het spoor dwars door het centrum van Utrecht. Dat is in strijd met afspraken. De gemeente wil stappen ondernemen naar ProRail en NS, want kennelijk komt dit als een totale verrassing. Daar sta je dan met al je goede voornemens en rampenbestrijding-scenario’s.

Uit de brief van 23-6:

Schriftelijke vragen inzake: Wachten op een ramp in Utrecht?

De fractie Trots op Nederland heeft uit het AD vernomen dat er de komende jaren treinwagons met zeer explosief, brandbaar of giftige inhoud dwars door Utrecht zullen rijden. Volgens het bericht in het AD worden de veiligheidsnormen met een factor vijf overschreden. “Bij Meteren is er een koppeling naar de Betuweroute richting Duitsland. Het is nu vooral steenkool dat door Utrecht gaat. Maar het blijft niet bij steenkool. In 2020 gaan volgens de prognoses 2250 tankwagons met zeer explosief, brandbaar of giftige inhoud via Utrecht naar de Betuweroute. Nu al passeren tankwagons met ethanol de gemeente Utrecht” aldus het bericht uit het Algemeen Dagblad.

De fractie van Trots Op Nederland vindt dit een zeer verontrustend bericht en vreest voor de veiligheid van onze inwoners.

Trots op Nederland heeft de volgende vragen:

  1. Bent u met TROTS  van mening gezien de grote risico’s met onze bevolkingsdichtheid, zulke gevaarlijke transporten niet door het centrum van Utrecht dienen te rijden?  Zo ja, welke stappen gaat de gemeente hier tegen nemen? Zo nee, waarom niet?

Nee, want de transportstromen passen binnen de afspraken die hierover door het Rijk zijn gemaakt in het kader van het toekomstige Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen (zie toelichting hieronder). In dat kader wordt een pakket veiligheidsmaatregelen getroffen dat het Groepsrisico sterk verlaagt, waardoor  een overschrijding van de oriënterende waarde van het groepsrisico wordt voorkomen. Het genoemde aantal van de 2250 tankwagons betreft het aantal wagons in de categorie “brandbare vloeistoffen”, waarmee na invoering van het zogenaamde “Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen” maximaal rekening gehouden moet worden bij de berekening van het risico in o.a. het Stationsgebied. Wel is door de Projectorganisatie Stationsgebied onderzoek in gang gezet om te bepalen op welke wijze het transport van met name brandbare vloeistoffen het best ingepast kan worden binnen het stationsgebied.

Er rijden overigens al vele jaren wagons met ethanol of vergelijkbare brandbare vloeistoffen door Utrecht. Dit aantal bedroeg 3400 in 2007, 1850 in 2008, 600 in 2009 en 750 wagons in 2010. De risico’s van brandbare vloeistoffen zijn relatief goed beheersbaar en vormen een lage bijdrage aan het totale risico van het vervoer van gevaarlijke stoffen door Utrecht. De grootste bijdrage wordt veroorzaakt door het vervoer van brandbare gassen.

Wij zijn niet van plan tegen het genoemde transport  van brandbare vloeistoffen stappen te ondernemen, omdat het vervoer past binnen het toekomstige Basisnet. In dat Basisnet wordt een maximum gesteld aan het transport van gevaarlijke stoffen, dat min of meer overeenkomt met het gebruikelijke (fluctuerende) transport van de laatste jaren. Het ammoniaktransport door Utrecht  verdwijnt zelfs vrijwel geheel. Daarnaast worden door vervoerders veiligheidsmaatregelen getroffen (zie vraag 2) om te compenseren voor de toenemende personendichtheid rond het Stationsgebied.

Wel zijn wij van plan tegen het transport van brandbare gassen stappen te ondernemen. In het kader van de beantwoording van uw schriftelijke vragen en die van mevrouw A. H. de Boer (2011/64) is door ons uitgezocht welke hoeveelheden gevaarlijke stoffen over het spoor in het afgelopen jaar 2010 zijn vervoerd. Prorail verstrekt deze gegevens niet automatisch. Normaliter zijn de gegevens rond juni van het daaropvolgende jaar bekend. Eind april is door ons het verzoek om deze gegevens aan Prorail gedaan. Bij telefonische navraag door ons op 16 juni is bekend geworden dat  het transport van brandbare vloeistoffen betrekkelijk laag is geweest. In 2010 zijn slechts 750 wagons vervoerd in plaats van het in het toekomstige Basisnet afgesproken maximum van 2250 wagons.

Het vervoer van brandbare gassen is in 2010 echter sterk gegroeid tot 3850 wagons, waar het 2009 slechts 400 wagons bedroeg. Het Basisnet hanteert een maximale gebruiksruimte tot 600 wagons voor Utrecht.

Vanuit onze optiek vormt dit een onacceptabele stijging van het groepsrisico, mede vanwege het tot nog toe ontbreken van aanvullende veiligheidsmaatregelen op het spoor.

Gezien deze sterke en onverwachte toename, die in het geheel niet in lijn ligt met het toekomstige Basisnet, gaan wij onmiddellijk contact opnemen met het ministerie van I&M en Prorail om opheldering te vragen over deze situatie. Daarbij zullen wij ook ons ongenoegen uiten over het feit dat wij pas achteraf geïnformeerd werden over deze transporten.

Ter toelichting: Het vervoer van gevaarlijke stoffen door stedelijke centra en de ruimtelijke ontwikkelingen rond die centra is sinds 2006 onderwerp van overleg tussen Rijksoverheid, Provincies, gemeenten en vervoerders. Gezocht is naar een duurzaam evenwicht op dit gebied, waarbij het vervoer mogelijk blijft, maar grenzen worden gesteld aan de risico’s. Dit Basisnet zal worden vastgelegd in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (Wvgs) in samenhang met het Besluit Transportroutes Externe Veiligheid (BTEV). Dit is winst ten opzichte van de huidige situatie, waarbij de groei van het vervoer geen wettelijke grens kent. Hiermee worden de risico’s voor de inwoners van Utrecht op een acceptabel niveau gewaarborgd.

Mochten de transporten wel in volle gang doorgaan, kan de gemeente dan garanderen dat de juiste veiligheidsmaatregelen worden genomen om de inwoners van Utrecht optimaal te kunnen beschermen tegen de risico’s van dit soort transport? Zo ja,welke veiligheidsmaatregelen zijn dit dan? Zo nee, wat gaat de gemeente doen om dit wel te bereiken?

Nee, wij kunnen dit niet zelf garanderen omdat de minister bij overschrijding van de Basisnetafspraken verantwoording aflegt aan de Tweede Kamer en eventueel nadere maatregelen treft. De reeds afgesproken veiligheidsmaatregelen betreffen het verminderen van het aantal wissels, het realiseren van “hotbox”-detectie en automatische Stopbeveiliging (ATBVV). Wat betreft het vervoer van brandbaar gas zal als aanvullende maatregel gelden, dat gecombineerd vervoer van LPG en brandbare vloeistoffen wordt vermeden (het zg. BLEVE-vrij rijden). Wij zien op de realisatie toe. De in de toekomstige Wvgs vastgelegde risicoplafonds zullen periodiek gemonitord worden.

Over de aard van de, bij overschrijding van de Basisnetafspraken door vervoerders, te treffen nadere maatregelen zijn niet op voorhand specifieke afspraken gemaakt. Een aantal mogelijke maatregelen is al geïnventariseerd, zodat al naar gelang de specifieke situatie, de meest geschikte maatregelen getroffen kunnen worden. Als gemeente hebben wij hierbij een beperkte rol. Wij zullen hierbij geconsulteerd worden.

Daarnaast is specifiek door ons bij de vaststelling van het bestemmingsplan voor de Openbaar Vervoer Terminal en het Stadskantoor een beheersovereenkomst afgesloten met Prorail, dat bij een bepaalde overschrijding van het Groepsrisico Prorail veiligheidsmaatregelen treft die het Groepsrisico onder de afgesproken waarde laten dalen.

Kan de gemeente Utrecht garanderen dat er door de toename van giftige transporten zoals vastgesteld is volgens de prognose uit het Algemeen Dagblad, er geen toenemende schade aan het milieu in Utrecht wordt aangebracht?

Zie vraag 2 wat betreft de verantwoordelijkheid van de minister voor het handhaven van de Basisnetafspraken voor Utrecht. Wij zullen toezien op de monitoring van het vervoer en bij overschrijding van de Basisnetafspraken door vervoerders de minister hierop wijzen.

Is de gemeente met TROTS van mening dat, mochten de giftige transporten doorgaan GHOR, brandweer en politie getraind moeten zijn om bij rampen met treinen goed op te treden? Zo ja, vind u dat GHOR, brandweer en politie op het moment bekwaam en goed getraind zijn om bij dergelijke rampen op te treden? En wanneer zijn er voor het laatst rampenoefeningen geweest met betrekking tot rampen op het spoor.

Ja. Uiteraard maken opleidingen en oefeningen ter zake van gevaarlijke stoffen onderdeel uit van de vakbekwaamheid van het hulpverleningspersoneel, vooral van de brandweer. Het gaat hier overigens niet zozeer om (specifiek) incidenten met spoorwagons, als wel (generiek) over incidenten met gevaarlijke stoffen, omdat die zowel per spoor, over water als over de weg worden getransporteerd. Bestrijding van incidenten met gevaarlijke stoffen maakt continu onderdeel uit van opleiding en oefening van hulpverlenend personeel, in het bijzonder van specialisten als de Adviseur Gevaarlijke Stoffen van de Brandweer en van de Gezondheidskundig Adviseur Gevaarlijke Stoffen.

Met regelmaat worden in het buitenland intensieve praktijkoefeningen gehouden.

Recente multidisciplinaire oefeningen rond het thema gevaarlijke stoffen zijn gehouden in Woudenberg (een bedrijf), Breukelen (Amsterdam-Rijnkanaal) en Utrecht (het bedrijf BASF, bij gelegenheid van het vaststellen van het rampenbestrijdingsplan, 2009). Daarnaast wordt op districtsniveau geoefend.

In februari 2011 heeft het voltallige college een beleidsteamoefening gehouden met een scenario met een lekkende ketelwagen met gevaarlijke stoffen nabij station Utrecht Centraal.

[einde citaat]

Reageer