Entreegebouw weer in Welstand

In Nieuws door HBReageer op dit artikel

Aanstaande dinsdag, om 11 uur, buigt de Welstandscommissie zich opnieuw over de plannen van Corio en zijn architecten Altoon + Porter Architects / Van den Oever Zaaijer & partners voor het Entreegebouw op het Vredenburg. December jl. is er voor het laatst over gesproken. Dit is in het kader van de aanvraag van de bouwvergunning, die ieder moment kan geschieden.
Tijdens deze vergadering zal ook de “inrichting van de buitenruimte” aan de orde komen. Bij de aankondiging wordt gerefereerd aan notulen van 22 september 2009. Daarin wordt gesproken over de Vredenburgknoop. Dat betekent dus dat het vermoedelijk zal gaan over de toeritten van de nieuwe ondergrondse garage van Corio. De ene komt ter hoogte van de Knipstraat, de andere bij de Spoorstraat. Op dit moment is er een toerit voor de Vredenburggarage aan de Rijkade. Die zal vervallen. De buitenruimte (singel en wegen) is een ontwerp van de gemeente.

Dit is uit de notulen van 22 september 2009. Hierin worden overigens de toeritten niet genoemd, dit gaat vooral over brugdekken en hekwerken:

Catharijnebaan, tussen Knipstraat en Vredenburg (Vredenburgknoop)    BV20907245
Bouwaanvraag voor het bouwen van vier bruggen, kademuren en expeditietoerit voor het Muziekpaleis
Gemeente Utrecht, Projectorganisatie Stationsgebied Ontwerp, IBU Stadsingenieurs/Movares-Studio SK/Architect Röling (Zie notulen 21/04 2009)

Projectleider Van den Akker (POS) memoreert dat het ruimtelijk ontwerp voor de gehele Catharijnesingel eerder aan de commissie is gepresenteerd. Thans ligt de uitwerking van de Vredenburgknoop voor. De uitwerking van de Catharijnesingel tot de Mariabrug komt aan de orde na afronding van luchtkwaliteitonderzoeken.

Ontwerper Esselink licht toe dat maatvoering en materialisatie van de Catharijnekade in het Definitief Technisch Ontwerp zijn uitgewerkt. Ten opzichte van het ruimtelijk ontwerp zijn twee bomen vervallen. Gezien vanaf de Catharijnesingel laat de Catharijnekade een strak beeld zien, waarin hellingbanen zich niet te nadrukkelijk manifesteren. De materialisatie in gebakken klinkers is ontleend aan het openbare ruimteplan voor de binnenstad. Waar nodig worden hellingbanen begeleid door hekwerken, een voortzetting van die aan de Weerdsingel. Het ontwerp voor de brug bij de Knipstraat is afgeleid van het ontwerp voor de Mariabrug, dat de commissie positief heeft beoordeeld. Zoals gebruikelijk in de binnenstad, worden de brugdekken afwijkend van het wegdek gematerialiseerd. Omdat voor de bruggen in de Vredenburgknoop geen duidelijke scheiding is aan te geven in weg en brug, wordt de materialisatie van het wegdek daar in de brugdekken voortgezet, waarmee tegelijkertijd de functie van doorgaande route wordt onderstreept.

Architect Van der Ree heeft in de vormgeving onderscheid gemaakt in bruggen die het Stationsgebied verbinden met de binnenstad en bruggen die parallel liggen aan de Catharijnesingel. Met uitzondering van de HOV-brug, hebben de bruggen naar de binnenstad een duidelijk waarneembaar gebold wegdek, dat de overgang naar de historische stad benadrukt. Het verschil in bolling van de busbaan en de langzaam verkeerbrug wordt opgevangen door roestvaststalen verkeersgeleiders. De betonnen brugliggers zijn gebold uitgevoerd en krijgen aan de buitenzijden van de ‘knoop’ een slanke metalen randafwerking. In de eenvoudige roestvaststalen brugleuningen is verlichting geïntegreerd. Van de toevoeging van lichtmasten op de knooppunten is afgezien. De bruggen over de Leidsche Rijn hebben een vlak dek. Een zitbank met uitzicht in de lengterichting van het water wordt als één vloeiend gebaar ontworpen en uitgevoerd in stripstaal.

Conclusie
De commissie heeft waardering voor het ruimtelijk ontwerp. Vormgeving en materialisatie van de Catharijnekade zijn akkoord. De commissie kan in principe positief adviseren over de bouwaanvraag maar tijdens de planbehandeling worden met de ontwerpers nog enkele mogelijke wijzigingen besproken. Zo is het grastalud is een aantrekkelijk element, maar in de aansluiting op de bruggen lijkt restgroen te ontstaan. De commissie adviseert hiervoor een oplossing te zoeken waarin groen en verharding meer met elkaar zijn vervlochten. Om de suggestie van de perspectieftekeningen waar te maken moet de lengtemaatvoering van de vides tussen de bruggen over de Leidsche Rijn worden afgestemd op de driehoekige vide bij de Vredenburgbrug. De commissie geeft in overweging de materialisatie van het wegdek ook voort te zetten in de brugdekken van de Maria- en de Knipbrug voor een rustiger beeld. Waar de commissie nog expliciet aandacht voor vraagt zijn de hekwerken: in een relatief klein gebied worden zeer uiteenlopende hekwerken toegepast. Vanwege de stijl van de bruggen van ontwerper architect Röling wordt gesuggereerd de klassieke hekwerken langs de kaden ook hier toe te passen. De hekwerken in het gepresenteerde voorstel zijn relatief zwaar en nadrukkelijk in het beeld. Bij de geheel ‘andere’ brug van ontwerper Van der Ree past een afwijkend leuningtype. Naar de mening van de commissie zal meer eenheid in de hekwerken leiden tot een rustiger beeld in deze ‘hectische’ omgeving.

Link naar Commissie Welstand en Monumenten voor wie meer wil weten.

Reageer