Monk Architecten heeft afgelopen dinsdag de laatste stand van zaken van het (nog) voorlopige ontwerp van het Noordgebouw met de Welstandscommissie doorgenomen. Op hoofdlijnen is er instemming en tevredenheid en de goedkeuring zal vermoedelijk nog één iteratieslag kosten. “Het kan zich nu beter handhaven in een omgeving van lompe gebouwen”, om de reactie van een van de commissieleden te quoten.
Hier zie je enkele impressies van het gebouw, respectievelijk gezien vanaf SPO (ingang HC), Smakkelaarsveld en vanaf de lage sporen. De vormgeving van het gebouw is bij iedere doorwerking wat rustiger geworden. De plint van drie a vier lagen glasvliesgevel loopt vanaf het plein door tot aan de tunnel en het HOV-viaduct. De markante donkere rand vinden we als plintaccentuering en langs het dak. Voor de spoorzijde is gekozen voor een plint van baksteen. Op de voor bewoners toegankelijke dakterrassen is het groen uitgebreid en bestaat uit grassen en heesters. De ruimtes aan de pleinzijde, naast het paviljoen, zijn voor retail bestemd. Dit deel strekt zich een flink stuk uit over de al bestaande constructieve plaat boven de kopsporen. Het hotel is gesitueerd aan de noordzijde, in het hoge deel. De ingang gemarkeerd met het NS-symbool betreft de nieuwe ingang van de Noordertunnel.
Merk op dat de trappen langs het water geen onderdeel zijn van het ontwerp. Hoe de kade er uit komt te zien weet nog niemand. De vernieuwde plint van het Hoog Catharijnecomplex is uit de impressies weggelaten. Hier zal vermoedelijk ook veel glas worden ingezet.
Reacties
Een beetje buiten het gebied van BPU kijken is de vraag of je de domtoren nog kan zien als je de stad in komt rijden vanaf de Vleutenseweg. Dat is toch wel een erg Utrechts plaatje voor bewoners en bezoekers.
Als ze nou die overstekende dakrand weglaten (voegt niets toe) is het prima!
brrrrr wat wordt er weer afzichterlijjk ontworpen!
Met name het aanzicht vanaf de sporen is ongelooflijk lelijk.
Als men nu echt niets anders weet te bedenken dan dit doe dan niets. Dit kun je de stad en haar bewoners niet aandoen. Dan moet er over 25 jaar in kader van CU2050 weer iets nieuws bedacht worden om de stad terug te geven.
Met elke iteratieslag wordt het meer een dertien in een dozijn kantoorgebouw. Erg jammer dit..
Zo vreselijk jammer dat de Welstandscommissie altijd zoveel commentaar heeft dat elk beetje spannend ontwerp uiteindelijk weer gewoon wordt.
Eens met Ramon. Daar zijn vele voorbeelden van. Ook in de binnenstad werd een meer historisch passend ontwerp afgeschoten, en nu komt er een Vinex blok. Dat op geen enkele manier aansluit bij de huidige bebouwing.
Ik vraag mij af hoeveel geld er van bouwers naar de welstand commissie vloeit
Het eerdere ontwerp oogde veel minder massaal (met name aan de leidsche rijn kop) en bevatte ook meer groen. Dit ziet er nogal goedkoop en gekunselt uit. Met name de view vanaf het station is niet echt fraai.
Had van Monk wat meer verwacht…maar die hebben natuurlijk ook niet alle vrijheid.
Inderdaad is het met de verschillende iteraties minder spannend geworden, maar nog steeds vindt ik het wel een prima gebouw voor de plek waarop het staat. Wel jammer dat het groen zo uitgedund is, dat moeten ze dan maar op straatniveau goedmaken :-).
Niet direct een opmerking over het Noordgebouw zelf, maar wel iets wat mij opvalt. De HOV baan langs het spoor ligt hoger dan het maaiveld en tegen het SPO en het Noordgebouw aan.
Op de renders lijkt het of je eronder open is, en ook in werkelijkheid is die ruimte (nu nog) zichtbaar.
Is hier een nieuwe “junkentunnel” gecreëerd ?
De HOV ligt nauwelijks hoger dan het maaiveld, de aanlandingen zijn gesloten. Ter hoogte van het water ligt de HOV net zo hoog als het spoor, daarna gaat deze omlaag. Op de render is dat niet correct weergegeven.
Ik begrijp die reacties niet zo goed. Niet ieder gebouw moet of wil een design-statement zijn. En over mooi en lelijk hoef je niet te discussiëren. Er komen nog veel meer gebouwen en volumes bij. Misschien is Het Platform qua vormgeving wel “too much”. Of de noppengevel van HC. Of het dak. En wie weet wat voor “statement” er straks op het Smakkelaarveld verschijnt.
Wat ik een grotere kwestie vind, is de samenhang in vormgeving van de (openbare) ruimte. Als je ziet hoeveel gebiedsovergangen er daar zijn, de diversiteit in materialen en vormen, reclame, signing, meubilair: ik maak me daarover wel een beetje ongerust. Rond 1970 was het hele openbare gebied van oost tot west in een vormentaal uitgevoerd (muv station). Daar is nu absoluut geen sprake meer van. Het is niet alleen op Stationsplein Oost en de omgeving, ook het toekomstige Jaarbeursplein in combinatie met het forum, de overgangen in de centrumboulevard naar de Jaarbeurs: er is geen eenheid, geen samenhang, er is geen overheersende ontwerpgedachte. Je ziet deze worsteling heel sterk in de de discussies die de Welstand voert met de architect van het forum. Kortgezegd: het is een rommeltje.
Snap je punt wel, maar is het echt zo belangrijk dat er eenheid is?
Wordt een stad niet een stad door veelzijdigheid? Ik denk van wel, denk dat juist verschil in inrichting van straten en pleinen er voor kan zorgen dat elk zijn eigen identiteit en herkenbaarheid krijgt. Snap ook wel dat je niet in eens een compleet andere bestrating en zo moet doen, maar hier gaat het om pleinen en een forum die niet direct met elkaar inverbinding staan. Door afstand of hoogte verschil. Vind het dan ook prima dat beide stations pleinen, het forum en het Jaarbeursplein elk een eigen identiteit en inrichting krijgen.
Moet toch drie keer kijken om de verschillen te ontdekken met het ontwerp zoals dat in november op deze site stond (http://www.bouwpututrecht.nl/2015/11/04/do-noordgebouw/).
Ik vind de renderings uit november mooier: exotischer, wat meer hallucinerend. Maar ik kan niet zo goed zeggen of dat nou door de uitsparingen in de gevel komt, door ander materiaalgebruik of door andere rendertechnieken (zoals de simulatie van een ondergaande zon). De nieuwe impressies zijn vlakker, alledaagser, saaier.
Als ik de eenheid zie die overal in leidsche Rijn is word ik daar wat ongemakkelijk van. Liever iets dat uit de band springt